Charlotte (Lotti) van der Gaag werd op 18 december 1923 in Den Haag geboren en overleed op 19 februari 1999 in Nieuwegein.
Van der Gaag begon in de jaren veertig van de vorige eeuw op aandringen van de schilder Bram Bogart, met wie zij toen samenwoonde, met beeldhouwen.
Lotti volgde lessen aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten en aan de Vrije Academie in Den Haag.
Lotti werkte afwisselend in Den Haag en in Parijs (met een door de Franse regering aan haar verleende studiebeurs).
In 1950 verhuisde ze naar Parijs, waar ze via Simon Vinkenoog contact kreeg met leden van de Cobra-beweging, zoals Corneille en Karel Appel. Zij werd in haar werk sterk beïnvloed door Cobra, met name waar het ging om haar fantasiefiguren. In 1951 volgde zij enkele lessen in het atelier van Ossip Zadkine.
In 1952 werd haar werk in het Stedelijk Museum in Amsterdam getoond. Daarna werd haar werk ook geëxposeerd in diverse Nederlandse en Parijse musea en galeries.
Vanaf 1974 ging Van der Gaag schilderen. In haar werk bleven de fantasiefiguren overheersen.
Zij wordt tot de CoBrA-stroming gerekend maar Corneille had er bezwaar tegen dat zij lid zou worden van de Cobra-beweging. Ze heeft dan ook nooit aan gezamenlijke tentoonstellingen deelgenomen.
Van der Gaag was onmiskenbaar een veelkunner. Ze was zowel beeldhouwer, keramist, schilder als tekenaar en beoefende alles met evenveel creatieve energie en ook met succes.
Van der Gaag voor haar werk 1958 de Jacob Marisprijs en in 1993 de Ouborgprijs.
Toont alle 2 resultaten